Bunbury. Hout drijft en kan niet ontploffen.

Bunbury and a freighter loading at the Jetty. (Source: National Library of Australia)

De aanloop naar het haventje was erg leuk. Het was een inham tussen de blanke duinen. De inham was voorzien van een flinke houten steiger waar ons schip gemakkelijk kon afmeren. Aan het eind van de steiger lag een groot dorp met, als ik me goed herinner, een lange straat met de benodigde winkels, huizen en een hotel. Op het eind, dwars op de straat, een klein ziekenhuis. Een ontzettend leuk dorpje ingekapseld in duinen waarin vakantiehuisjes waren neergezet. Het was dan ook een vakantiedorpje, alleen was het nog geen vakantieseizoen. Je hoorde de stilte. Wat een oase, wat een rust. Ook hier, na het donker worden, volop licht. Er werd het nodige ingekocht en we vonden een aangename pub in de lounge van het hotel. We werden door de bevolking en vooral door de publeden helemaal opgenomen.
Ass. machinist Adriaan Kik

Bunbury, 250 mijl ten zuiden van Fremantle is eigenlijk een flink dorp met een kleine haven die vooral gebruik wordt voor het laden van hout. Hier krijgt ook de nieuwe opdracht van Abbekerk langzaam vorm.

In Australië konden ze de enorme locomotieven met tender die we nog steeds in onze ruimen hadden niet gebruiken omdat ze de verkeerde spoorbreedte hadden. Er zijn veel geleerden bij wezen kijken of het misschien mogelijk was om ze om te bouwen. Maar dat bleek niet mogelijk en dus moesten ze aan boord blijven.
Derde stuurman Jacob Visser

A freighter loading timber at the jetty at Bunbury Harbour, just before the war. (Source: National Library of Australia)

Abbekerk gaat de locomotieven zelf afleveren op de originele bestemming in Perzië (tegenwoordig Iran) en het schip wordt daarom verder beladen met een grote hoeveelheid bielzen en grote houten balken voor haven en spoorlijn constructies.

Langzaam maar zeker werd het schip geladen met houten balken en bielzen. We keken er met voldoening naar: ons drijfvermogen nam enorm toe en hout kan niet ontploffen.
Het moet ook ongeveer in deze tijd zijn geweest dat de Nederlandse regering in Londen het wenselijk achtte om alle mensen die de koopvaardijschepen bemande met één pennenstreek dienstplichtig te maken. We waren toen al bijna 2 jaar in oorlog en hadden reeds veel doden te betreuren gehad. Dit was wel heel erg goedkoop en werd dan ook ervaren als een stoot onder de gordel. De regering werd toch al niet zo serieus genomen, dus dit kon er ook nog wel bij.
Ass. machinist Adriaan Kik

Terwijl een groot deel van de bemanning geniet van het leuke stadje en weer een beetje tot rust komt, blijken de afgelopen maanden hun tol hebben geëist: niet minder dan 4 bemanningsleden blijven in Bunbury in het ziekenhuis achter.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.